We gooien deze zomer los op een maandag. Sinds de ongelukken met bruggen in Zaandam en dus ook de aanvaring tussen een zeilboot en de William Pontbrug, wordt deze niet meer automatisch bediend. De draaitijden zijn vooral doordeweeks gunstig. Bijkomend voordeel is de relatieve rust qua pleziervaart op het water en in de sluis. Uiteraard voorkomt dat niet dat er even heel hard geschreeuwd moet worden naar een sloepje dat domweg midden in de sluis al afmeert. We passen er niet voor of achter. Maar een kniesoor die daar op let. Hé, het is vakantie!
Zonsondergang - kan er geen genoeg van krijgen

Een goed begin is voor ons eerst eens lekker achter het ankertje dobberen in Pampushaven. Het weer is prachtig. Het wordt steeds heter, vooral binnen in de Markiezin. Van de plannen om ons thuis buitenom eens te putsen en te poetsen komt niks terecht. We zwemmen wat. We varen een rondje met de bijboot. We hangen smachtend voor de ventilator. Nou ja, ik doe dat.
We hoeven niks en doen niks. Mensenkinderen wat is dát vermoeiend.
De nacht voor we het anker ophalen, komt er een flink onweer langs. Echt langs. Net niet over ons heen, al is het de plotseling draaiende wind die ons wakker maakt. Geweldig uitzicht op de flitsen boven Amsterdam en Noord-Holland. Er slaan een paar bootjes van hun anker. De een lost dat op door een poosje rondjes te varen en weer te ankeren als de bui voorbij is. De ander raakt in paniek en stormt de haven uit op zoek naar (waarschijnlijk) een veilige jachthaven.

Wij gaan na nog een paar uurtjes slaap anker op. We beginnen aan een tochtje langs enkele Marker- en IJsselmeerhavens. Min of meer een trip down memorylane. We hebben alle havens al eens bezocht. Soms wat langer geleden. We puzzelen wat af met onze geheugens om te achterhalen waar we wanneer voor het laatst waren. Geen enkele plaats is onherkenbaar. Eigenlijk is er gewoon niks veranderd in al die jaren.

We hebben geen zin in lange tochten. In ons achterhoofd zit hooguit het idee om vanuit Den Helder langs de kust naar bijvoorbeeld Antwerpen te gaan. Het komt er niet van. Het weer slaat om naar ongunstige wind en vaker regen. Toch willen we iets anders dan wat we doen. Het is wel lekker rustig zo, maar uitdaging zit er niet bij. De voormalig Zuiderzee is voor ons te klein geworden. Dat weten we nu. In elk geval wat geleerd.

Maar als je dan toch even wat anders wil, wat doe je dan? Nou, wij pakken de website van de museumjaarkaart erbij en zoeken op ‘edelstenen, juwelen, sieraden’. Voilá, daar is het Laliquemuseum…. het Société Musée Lalique Pays Bas. Een mond vol voor een knus museumpje in Doesburg. Dat gaan we bezoeken.
Met enige moeite vinden we een B&B met plek voor 2 nachten. Doesburg is hot bij onze toeristische buurlanden. De treinverbinding vanuit Den Helder is uitstekend, terwijl wij denken dat Doesburg ergens in het midden van nergens ligt.
Het zijn een paar aangename dagen. Een minivakantie in een vakantie. Het knusse museum is de moeite waard. Glaskunstenaar en edelsmid René Lalique heeft mooie dingen gemaakt. En de vrijwilligers in het museum kunnen er enthousiast over vertellen.
Doesburg zelf is ook niet onaardig. We manoeuvreren tussen de druppels door. Fietsweer is het niet. De plaatselijke mosterd wordt bereid in een beetje stoffig museum. Maar ook daar is een enthousiaste verteller die een bezoekje aardig maakt. De mosterd en de azijnsoorten zijn zo lekker dat we een bescheiden voorraad mee naar huis nemen.

Het weer begint op te knappen als we Den Helder verlaten. By the way…. even reclame maken…. De cappuccino met mini-ijsje bij Kaap Hoorn in Willemsoord is al enige jaren een favoriet van ons. Nu zitten onder hetzelfde dak ook een kibbelingtoko en een frietkot, excuus, frietboetiek. Wij zijn het erover eens dat het de wandeling vanuit de Marinejachthaven absoluut de moeite waard is. Uiteraard kun je beter in jachthaven Willemsoord afmeren, maar dat vinden onze collega-zeilers meestal niet.
Goed, wij verlaten Den Helder bij lekker zeilweer. Jammer dat het grootzeil zich vastdraait. De knoppen van de hydrauliek geven problemen. Met veel zweet en geen bloed of tranen lukt het na een kwartier prutsen het grootzeil te hijsen. Gelukkig zeilen we eenmaal op het IJsselmeer voor de wind en is het grote voorzeil voldoende. En zo beginnen de klussen zich aan te dienen.

In Hindeloopen fikst mijn schipper de knoppen. Hij ontdekt vervolgens een dolgedraaide ontluchtingsschroef. Vraag mij niet hoe en wat. Ik weet alleen dat het kwaad kan. Met wat ‘McGyveren’ wordt ook dat gefikst. Alle goede dingen komen in drieën zegt men. De slechte helaas ook. Vlak voor we te kooi gaan, ontdekt Henk dat er rook/stoom uit de accu’s komt. Geen fijn idee om dan te gaan slapen. Een brandje kan het volgende zijn.
En dus trekken we de vloerluiken open en koppelen de accu’s een voor een af tot de boosdoener gevonden is. Van de 5 service-accu’s zijn er 2 stuk. Overleden door ouderdom (12 jaar!) We willen nog een paar dagen voor anker en dat gaat met de nog werkende accu’s niet lukken. De plaatselijke watersportwinkel heeft wel 5 accu’s staan, maar die hebben een andere afmeting en dat gaat niet passen. Gelukkig is er internet. Binnen 24 uur worden er 5 accu’s afgeleverd. Nog net niet naast de Markiezin, maar je kan niet alles hebben. De dag erna kunnen we verder.

De volgende hittegolf dient zich aan. Tijd om richting het Zaanse terug te gaan. Maar eerst nog een paar dagen achter het ankertje dobberen in Pampushaven. Dat vinden wij altijd een prima afsluiting.

En volgend jaar? Dan gaan we echt het land weer een poosje uit.